e m kraak schreef op zaterdag, 29 januari 2005, 16:38:
> Vooral de dagelijkse temperatuurswisselingen daar zijn
> onvoorstelbaar veel groter dan in de koudere zônes (+40°C
> dagtemp. versus -0°C nachttemp. is lang niet uitzonderlijk!).
> Volgens simpel-directe logica zou een lichtkleurige DIKKE vacht
> ook daar het meest optimaal t.o.v. klimaat zijn, toch?
Wij hebben hier 's zomers 40/50 en 15/18, 's winters 20 tot -15.
De merries maken een wintervachtje aan dat vergelijkbaar is met een Hollandse zomervacht. Pielemans kijk je ook 's winter op zijn donkere huid.
Ondanks het verschil van zomers +50 en 's winter -15 maken de meiden nauwelijks en maakt pielemans géén vacht aan.
Paarden zijn geëvolueerd tijden de ijstijden, gevormd door het ijs zeg maar.
Paarden hebben geen verwarmingsprobleem, wél een koelingsprobleem. De oververhittende warmte komt van binnenuit en daar helpt geen isolatie tegen. Dát is de kritische factor.
Paarden halen veel warmte uit hun manier van spijsverteren; het fermenterende ruwe vezelmateriaal genereert heel veel warmte (denk aan hooibroei) en dát ik de hoogst effectieve kachel van paarden. Daar hoeven ze nl. niets eerst voor te verteren en daarna te verbranden.
Onze pielemans maakt waarschijnlijk in het geheel geen wintervacht aan, ondanks dat het hier nu al een week vét meer dan 10 graden vriest 's nachts, omdat hij overdag bij de normale omgevingstemperatuur zijn warmte niet kwijt kan als hij loopt te dollen. De meiden zijn duidelijk rustiger in hun gedrag en genereren daarbij dus minder warmte. Bij belasting zweten ze echter beduídend meer dan pielemans; logisch.
Ze hebben altijd stro/hooi in overvloed, dus aan kachel geen gebrek.
Koeling is bij paarden heel kritisch. Daarom zijn paarden uit warme zones veel slanker (meer oppervlak per inhoud), hebben ze weinig tot geen onderhuids vet en een superdunne vacht.
Bij hoge luchtvochtigheid en tempo-belasting zal een niet-geacclimatiseerd paard snel oververhit raken en teveel electrolieten verliezen door zweten.
>60% RAD bij >30 graden zal voor het doorsnee NL paard al aardig kritisch worden, zeker als het een wat forser (ronder) type is.
Met name de skeletspieren zoals de rugspieren generen veel interne warmte welke slecht afgevoerd wordt. Een groot, isolerend zadel kan dan zéér slecht zijn en tot permanente problemen leiden.
Dit koelingspunt is een bijkomende reden voor ons om voor een bepaald type zadel te kiezen.
In die zin is het scheren van prestatie-paarden waarbij oververhitting een probleem is, niet onverstandig en het opleggen van dekens een daarna logisch kwaad.
Nogmaals; paarden hebben geen verwarmingsprobleem, wél een koelingsprobleem.