De algemeen geldende 'norm' bij een paard met
hoefbevangenheid is om deze beperkt op gras te zetten en in plaats daarvan (meer) hooi te voeren. Ook wij doen dit met onze pony die erg gevoelig blijkt voor
hoefbevangenheid. En met succes.
Toch als je de theorie erop naslaat is dit eigenlijk een vreemde situatie.
De theorie zegt: Het fructaangehalte in gras wijzigt niet of nauwelijks nadat het gemaaid is. Met andere woorden: het fructaangehalte in hooi is gelijk aan het fructaangehalte van het gras waarvan het hooi gemaakt is op het moment van maaien.
Uitgaande hiervan maakt het totaal niets uit of je een paard (met- of gevoelig voor-
hoefbevangenheid) hooi voert of op de wei zet, zolang je er in beide gevallen voor zorgt dat het fructaangehalte niet te hoog is.
Natuurlijk is er iets voor te zeggen dat je bij hooi de porties beter onder controle hebt, aan de andere kant is het vrijwel onmogelijk om bij gekocht hooi er achter te komen hoe het op het moment van maaien met het fructaabgehalte zat.
Naar de ervaringen van velen wordt een paard doorgaans niet
hoefbevangen van hooi, maar doet dit zich (vrijwel) uitsluitend voor door gras met een hoog fructaan gehalte.
Onze pony is enkele jaren achtereen een periode
hoefbevangen geweest. Onze ervaring is hierbij: hoe minder gras, hoe kleiner de kans op
hoefbevangenheid.
Gezien dit alles lijkt het logisch om te veronderstellen dat het fructaangehalte in hooi zeker niet even hoog is als dat van het net gemaaide gras en dat het fructaangehalte na het maaien dus daalt.
Nu ben ik zeker geen expert op dit gebied, maar ik probeer wel alle eindjes van de verschillende theorieen een beetje aan elkaar te knopen, dus misschien zie ik iets over het hoofd. Graag jullie mening, ideeen en reacties!