Ik plaats hier enkele discussiepunten van facebook (daar ben ik Deidre Arblaster voor de vrienden):
Aanleiding: Piet Loof : "Deirdre ik dacht dat jij item had geplaatst van een "andere" manier van bekappen waarbij een afslijting van de teen te zien was en langere hoefwanden in de kwartieren ontstonden? Kan het niet meer vinden jammer genoeg."
Antwoord: "De methode kan je terugvinden op barefoottrimming.com . Maureen is een renpaardentrainster. Zij geeft aan dat de beweging van het paard natuurlijke slijtage in de teen voortbrengt, veel meer dan in de hielen. Dat is omdat de hielen vooral een verticale kracht ondervinden (zie film) daarom is het belangrijk dat de hielen rechtstaan en niet ondergeschoven zijn. De teen daarentegen duwt het paard voorwaarts en ondervindt een kracht dwars op de tubules, de voortbeweging is te wijten aan de wrijving, de wrijving slijt de teen af. De hoef zal dus meer groeien aan de teen om dat te compenseren. Een bekapmethode is dan gerechtvaardigd door die overmatige groei aan de teen die niet gecompenseerd wordt door slijtage. (Bij Nic Barker doen ze er alles aan om de slijtage wel de groei te laten compenseren, dat is een andere methode). Bij MT wordt dus wel bekapt."
Heleen Davies: "De hoef groeit meer bij de teen? Ik dacht het niet. Het hoorn is bij de teen wel dikker."
Antwoord: "De tubules van de buitenste hoefwand schuiven over die van de binnenste hoefwand, (zoals een gletsjer), dat zie je bv, als je een hoef met uitgesporken stressringen bekapt en daarna zijn de ringen minder uitgesproken. Die buitenste hoefwand aan de teen zal meer groeien omdat er minder kracht op is naar boven toe, geen belemmering van de cellen van de kroonrand, enkel de wrijvingskracht dwars erop."
Martina Morlock: "Dat zal je dan terug moeten zien aan de 'horizontale' groeilijnen in de hoef? In de toon een kromming omlaag? Want daar groeit het sneller...? Grappig dat er hele 'methodes' gebaseerd worden op 'extra slijtage aanbrengen waar het paard dat vanzelf niet doet vanwege het bewegingspatroon' "
Antwoorden:"Er zou geen enkele bekapping nodig zijn als de slijtage voldoende was. Dat de hoorn daar dikker is geeft uiteraard meer hoorn (meer groei om de slijtage te compenseren). Ramey zegt iets over groei de snellere groei aan de teen bij bevangenheid in Care and REhabilitation of the Equine Foot Dat zie je in die groeilijnen als het paard bevangen is, dat is een extreme situatie van druk en groei samen."
Morlock: "Waar hebben we het nou eigenlijk over? Hardere hoefgroei in de toon om slijtage te compenseren (daar haakte ik op in), over bevangen paarden?, over bekappingsstijlen of...? Uiteraard hoef je niet te bekappen als het paard het zelf doet. Je bekapt daar waar het nodig is als het nodig is, maar dat zijn toch niet meteen stijlen en methodes!? Zo kan ik elk seizoen wel een nieuwe methode 'claimen'. Natuurlijk Bekappen (de methode) = kunstmatige slijtage aanbrengen waar het paard het niet zelf gedaan heeft (bij voorkeur heb je een ondergrond die het voor je doet). Op wat details na (pak ik een vijl of maak ik een ondergrond die het voor je doet) is het toch allemaal het zelfde. Zijn dat allemaal verschillende methodes??? Kun je zo zien ja. Vind het zelf eerder details. Het verschil tussen traditionele bekappingen (kijken naar de buitenkant van de hoef, hoe krijg ik er een ijzer onder) en moderne hoefverzorging (kijken naar de binnenkant, anatomie en functie) dát vind ik een verschil in methodes."
Piet Loof: "Dat de ene hoefwand over de andere schuift is iets wat KC la Pierre jaren geleden al beweerde na onderzoek van prof Dinges... (zou de dvd op moeten zoeken waar hij dat zegt.) Maar ik weet niet of dat inderdaad zo is"
Heleen Davies: "Ik kan me niet voorstellen dat tubules over elkaar heen glijden. De papillen in de kroonrand scheiden continu levende hoorncellen uit. Die levende hoorncellen vermengen zich met de cellen die afkomstig zijn met de dichtsbijgelegen papillen en sterven dan af. Zo ontstaat het tussenpijpjeshoorn. Het pijpje/buisje is simpelweg de afdruk van de papil die het hoorn geproduceerd heeft. De papillen waar de hoornpijpjes uit groeien bevatten geen intelligentie waardoor ze weten of ze sneller of langzamer hoorncellen moeten produceren, dat zou erg handig zijn. Ze doen gewoon hun ding en dat is hoorncellen produceren.
De teen groeit bij
HB ook niet sneller, de groeiringen zouden dan bij de teen een grotere afstand moeten hebben. Wat je ziet is dat ze juist bij de hiel een grotere afstand hebben. Ik denk dat de groeiringen eerder het effect zijn van de verkeerde krachten die er op de hoefwand staan dan dat het met de groeisnelheid van het hoorn te maken heeft."
Antwoord: "Doordat de druk de kritische waarde gemakkelijk overschrijdt bij bevangenheid zijn de ringen juist op mekaar geperst. Er is veel groei bij bevangenheid. Ik begon deze discussie niet over methoden. Zoals zovelen beweren zijn ijzers een achterhaalde methode uit de middeleeuwen. Daar praten we niet meer over, toch? Dan kunnen we verder gaan met de ontwikkelingen die er de laatste 35 jaar gebeurd zijn Strasser/Jackson/Ramey/Welz/Henderson/Tierney/Barker toch onderling te vergelijken? Dat is wat telt, toch. Niet weer die ijzers bovenhalen, dat is te goedkoop."
Martina vervolgt dat ik niet antwoord op het voorgaande en dat ik ergens tegenin ga.
Ik dacht het omgekeerde - de vragen te beantwoorden van de kant van Piet en Martina.