Aart schreef op maandag 7 september 2009, 22:24:
Mooi artikel, ik plak het hier, opdat het bewaard blijft:
Groet, Michiel
Esther Ouwehand
is Tweede Kamerlid voor de Partij voor de Dieren.
De angst voor regels in de paardenwereld is niet terecht. De wens om een paard te hebben, maakt mensen blind en schaadt welzijn dieren.
Paardenliefhebbers hebben niets te vrezen van paardenwelzijnsregels. Paarden en pony’s vormen een van de (vele) vergeten groepen in het dierenwelzijnsbeleid van de overheid. Gezien de omvang van het dierenleed in deze sector, is dat niet langer te verantwoorden.
Paardrijden kan mooi en leuk zijn.
Maar hoewel de meeste ruiters het beste voor hebben met hun dier, gaat het bedroevend slecht met veel van de bijna half miljoen paarden en pony’s in ons land. Te vaak maakt de wens om een paard te hebben en te berijden veel mensen helaas blind voor de belangen en behoeften van het dier zelf.
Bewegingsvrijheid
Dat begint al met de huisvesting. Paarden zijn echte kuddedieren met een sterke behoefte aan contact met soortgenoten en veel bewegingsvrijheid. Een paard brengt van nature meer dan de helft van de dag door met eten en de daarbij behorende beweging. De manier waarop veel paarden en pony’s worden gehouden in Nederland is het tegenovergestelde daarvan.
De dieren staan het grootste deel van de tijd alleen in een kleine box, waarin ze zich enkel kunnen omdraaien, een stapje voor- en een stapje achteruit kunnen doen en slechts met moeite kunnen gaan liggen. Als ze geluk hebben, zien ze aan de andere kant van de tralies een soortgenootje, maar normaal contact met een ander paard is niet mogelijk. Die eenzame opsluiting is een straf voor zulke sociale dieren. Ze krijgen last van hun gewrichten, kampen met maag- en darmproblemen, vervelen zich en ontwikkelen chronische stress.
Ook het trainen en berijden van paarden is niet probleemloos. Een paard is gebouwd om in een snel tempo lange afstanden te kunnen rennen, niet om een last te dragen. Wanneer je het natuurlijke bewegingspatroon van het paard als uitgangspunt hanteert, kan paardrijden fantastisch zijn. Het kan dus wel, maar dan moet je het dier daar zorgvuldig en verantwoord op voorbereiden: eerst voldoende oefeningen om de spieren en wervels in de rug te versterken voordat je erop gaat zitten.
Desastreus
Die zorgvuldigheid wordt lang niet altijd toegepast en dat heeft desastreuze gevolgen voor het welzijn van de dieren. Veel paarden worden te jong ingezet en te slecht getraind, waardoor ze hun leven lang verkeerd lopen met pijnlijke en chronische blessures tot gevolg. Voor hun tiende levensjaar zijn deze dieren volledig versleten waarna ze als dank voor bewezen diensten op transport worden gezet naar slachterijen in Italië om als paardenrookvlees te eindigen.
Veel paarden worden te jong ingezet en lopen levenslang met blessures
In de sport staat het welzijn van het paard op gespannen voet met ambities en competitie. Bij military, een raceparcours met vaste hindernissen, lopen paarden vaak ernstige blessures op en moeten ze in sommige gevallen zelfs worden afgemaakt. Voor dressuur worden paarden met behulp van pijnlijke methodes vaak in houdingen gedwongen die ze van nature nooit zouden aannemen. Trainingshulpmiddelen worden daarbij ingezet als martelwerktuigen.
Springpaarden krijgen tijdens trainingen metalen palen tegen hun benen geslagen als ze over een hindernis springen, met als doel ze zo veel pijn te bezorgen dat ze de volgende keer hun benen nóg hoger optrekken. Uit angst voor blessures laten de meeste eigenaren hun sportpaarden nooit in de wei – ze zouden zich weleens kunnen blesseren als ze struikelen over een graspol. Lekker vrij rennen met een soortgenoot is er al helemaal niet bij.
Recreatief
Veel van het paardenleed is, zeker in de recreatieve sfeer, onbedoeld. Maar ook al is er geen sprake van opzet, paarden en pony’s verdienen bescherming tegen deze structurele aantasting van hun welzijn. De aanpak van minister Verburg van Landbouw, die vrijwillige afspraken met de sector wil maken, zal niet veel opleveren. Een sector met een miljardenomzet zal niet snel strenge eisen stellen aan zichzelf. De afspraken zijn veel te vrijblijvend.
Daarbij is tweederde van de paardenhouders niet eens aangesloten bij een vakvereniging. Zou een varkensboer die een centje bij wil verdienen door een paar krakkemikkige paardenstallen te verhuren zich laten tegenhouden door de afspraak van een paar maneges en pensionstallen om hun paarden allemaal deugdelijk te huisvesten? En wie houdt de mensen tegen die het schuurtje in de tuin verbouwen omdat hun dochter graag een pony wil? Hoe voorkom je dat onervaren ruiters hun paard stuk rijden als je geen bindende regels hebt die daar paal en perk aan stellen?
Het leed in de paardenwereld is veel paardenliefhebbers een doorn in het oog. Maar tegelijkertijd bestaat er grote angst voor regels. Die angst is onterecht. Normen voor huisvesting, training en het berijden van paarden zullen degenen die het beste voorhebben met hun paard niet raken; die voldoen daar gemakkelijk aan. Maar ze zijn broodnodig om paarden en pony’s te redden uit de handen van degenen die het niet om hun welzijn te doen is.
Esther Ouwehand