Piet schreef op dinsdag 19 mei 2015, 19:40:
Nou doe je net alsof ik in antieke hoefsmidboeken ben blijven steken terwijl ik juist schreef niets met ideaalplaatjesmodellen op te hebben. Nou, dan wil ik zelfs nog het voorbehoud erbij maken dat de anatomische ideaalplaatjes leuk zijn voor stamboeken, misschien... keuringen? Maar ik moet het eerste paard dat een allround 10 voor anatomie gekregen heeft nog tegen komen en de eigenlijke bedoeling van wat er in die antieke smidsboeken staat is het aangeven van mogelijkheden, niet van ideaalplaatjes.
Uiteraard is die antieke boekenverzameling gedateerd, maar lang niet alles erin is flauwekul en de ideaalplaatjes zijn er pas veel later van gemaakt.
Wat je eigenlijk beweert, denk ik, please correct me if I'm wrong!, is dat het teenkootje waar die paardenhoef omheen zit "is zoals het is", want de voorvoet begint al bij de "knie" en de achtervoet bij het spronggewricht. Daar kan ook al, onder invloed van van alles en nog wat, van alles individueel anders aan zijn.
Maar is dat echt aldoor zo, die hoef om dat teenkootje, is dat een vaststaand ideaalplaatje? Ik weet het niet maar verdenk er wel een spanningsveld in. Aan de ene kant vermoed ik, met onze huidige inzichten, een aantal varianten (zoals "klemhoef") die sterk gerelateerd zijn aan foutief hoefonderhoud, aan de andere kant een aantal waarvan ik niet kan bedenken wat je er met die huidige inzichten aan doen kunt, zoals scheve en diagonale hoeven (Als de oorzaak ervan ligt in de rest van de anatomie... zeg 't maar).
Wat ik mij daarbij afvraag is hoe die er intern uitzien; is een asymmetrische hoef intern ook asymmetrisch? Indien niet, hoe verhoudt zich dan het skelet tot de ombouw, om het zo maar eens te zeggen? Nogmaals, ik heb desbetreffende hoeven niet onder sectie gehad, ze niet uit elkaar gepuzzeld, ik weet het niet! Maar het lijkt me wonderlijk en interessant te leren hoe een asymmetrisch exterieur rond een symmetrisch interieur past.
Zou je mij een lol willen doen en eens heel precies uitleggen hoe je dit extern meet en wat die metingen exact vast stellen? Wat zijn de constanten, de wetmatigheden, en waarom? Ik zou daar heel graag een uitleg รก la de stelling van Pytagoras over zien.